Langdurig ziekteverzuim van chauffeurs is een nachtmerrie voor veel taxibedrijven. De wettelijke regels liggen weliswaar vast, maar je kunt als ondernemer zelf veel doen om ziekteverzuim te voorkomen of voorkomen dat kort verzuim overgaat in langdurige arbeidsongeschiktheid. Dat was de voornaamste boodschap van Jaco Coster, zelfstandig specialist in verzuimbeleid en -wetgeving bij een workshop van Consolid tijdens Taxi Expo.
Een werknemer die arbeidsongeschikt raakt, kan een bedrijf veel geld kosten. Voor een chauffeur met een modaal inkomen komt dat bedrag na de verplichte termijn van twee jaar loon doorbetalen, inclusief re-integratiemaatregelen, al gauw uit boven de ton, rekent Coster voor. Dat is nog exclusief transitievergoeding. Na die twee jaar – als de werknemer geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt raakt – kan de werkgever nog tien jaar lang financiële kosten hebben. Dat is het geval als de werknemer een WGA (Werkhervattingsuitkering Gedeeltelijk Arbeidsongeschikten)-uitkering krijgt en het UWV die kosten de eerste tien jaar doorbelast aan de oud-werkgever.
Risico
Een fors risico, erkent Coster. Zeker voor kleine ondernemers zijn die lasten volgens hem nauwelijks meer op te brengen. Maar of de voorgestelde versoepelingen van minister Asscher – zoals de loondoorbetalingsverplichting bekorten naar één jaar – nou wel of niet doorgaan, als taxibedrijf kun je beter kijken naar de factoren die je wel kunt beïnvloeden. “Wat kun je zelf doen? ”, vraagt Coster aan zijn gehoor van taxi-ondernemers. “AOW-gerechtigden inschakelen”, is het eerste antwoord. “Dat scheelt veel problemen”, meent een ondernemer.
Coster komt met andere oplossingen. Een groot deel van het ziekteverzuim is volgens hem vermijdbaar. “Daar kun je dus wat aan doen.” Eens praten met een werknemer bijvoorbeeld, niet alleen over hoe het op het werk gaat, maar ook thuis. “Daar ben ik niet voor opgeleid”, reageert een ondernemer. “Ik ben werkgever en geen psycholoog. En bovendien: ik heb 170 werknemers, dat is niet te doen.”
Sfeer
Coster meent dat dat wel kan. Bij zo’n omvang ligt die taak volgens hem allereerst bij de leidinggevenden. Sfeer speelt ook een rol. “Als er tien procent verzuim is in een bedrijf, dan is het er bijna nooit gezellig. Daar heb ik een antenne voor. Bij een leuke baas word je minder snel ziek.”
Een andere tip die Coster zijn gehoor geeft is om het ziekteverzuim goed vast te leggen. “Dat lost niks op, maar geeft veel inzicht.” Datzelfde geldt voor een gesprek met werknemers die vaak kort verzuimen. “Vraag eens vanuit een positieve benadering of er wat aan de hand is. Vaak komt er iets uit waar je iets mee kan.”
Gezond verstand
Is een werknemer al een tijd uit de running, blijf hem of haar betrekken bij het probleem. Werknemers hebben immers zelf ook ideeën over of en hoe ze het beste weer aan de slag kunnen gaan. Te veel afwachten, zoals ook de Arbodiensten volgens hem doen, is nooit goed. “Gezond verstand boven regels”, is Costers stelregel. En werkgevers die helemaal geen financieel risico willen lopen als hun personeel ziek wordt, kan altijd nog mensen inlenen. “Dan ben je van alles af.”
